Diep in het Veluwse woud weeft zij mijn leven
Draden gesponnen, mijn lot bepaald en door haar handen geweven
Geen mens, geen god ontkomt aan de draden van het weefgetouw
Haar beschikking bindt ons allen, in wat is en wat komen zal
Zij kent mijn pad en beschikt over mijn levensdoel
Mijn keuzes, mijn daden, mijn levensadem en mijn lot in het strijdgewoel
Zij verweeft de draden met personen die mij omgeven
En kruist de paden met hen gelijk in 't streven
Urth, weef de draden
Urth, baan de paden
Urth, bepaal mijn lot
Daar bij haar bron aan de wortels van de levensboom
Bij haar zuil en de oorsprong van het al
Waar Mimir aan Wodan de toekomst toonde
Bik ik de Norn om het leven, behoed mij voor de val
Spin nu de draden, schik mijn lot
Schenk mij de daden tot het levenslot
Weef mijn toekomst met vaste hand
En knip niet de draden aan mij verwant
Urth, weef de draden
Urth, baan de paden
Urth, bepaal mijn lot
Want, Urth weeft mijn leven
Urth kent mijn streven
Urth bepaalt Het lot